Het (des)functioneren van ventilatiesystemen is een belangrijke oorzaak van de verspreiding van het COVID-19 virus. Lees het blog van Gerwan van Dijk - Technisch Directeur LUTEC Luchttechniek. Over COVID19, ventilatie, het gezonde boerenverstand en kosten/baten afwegingen.
Gerwan van Dijk – Technisch Directeur LUTEC Luchttechniek:
“Met grote verbazing las ik gisteren het artikel in de Volkskrant “Vertrouwelijk RIVM-rapport: ventilatiesysteem verspreidde virus in verpleeghuis”. Mijn verbazing betrof niet de kop van het artikel, maar de volgende zinsnede:
De betreffende verpleeghuisafdeling beschikt over een dergelijk modern, energiezuinig ventilatiesysteem dat om warmteverlies te voorkomen lucht in één ruimte laat circuleren.
Met ons bedrijf opereren wij voornamelijk in de industriële sector. Elke dag streven wij naar het realiseren van schone en gezonde werkomgevingen voor mensen op de (industriële) werkvloer. Een goed werkklimaat is daar de laatste jaren enorm in opkomst. Werkgevers realiseren zich steeds meer dat het van groot belang is dat zij werknemers gedurende hun werkuren voorzien van een schoon en gezond klimaat. Gezonde werkomstandigheden bieden is immers hun verantwoordelijkheid.
De laatste jaren wordt er door deze werkgevers flink geïnvesteerd in de aanschaf en aanleg van goede lucht- en klimaatsystemen. Systemen die:
En ja, dat kost geld.
Ik vind het dan ook schrikbarend te lezen dat in verzorgingshuizen, waar mensen dag en nacht verblijven, de ventilatiesystemen kennelijk van een veel lager niveau zijn. Juist bij die groep mensen die zó kwetsbaar is en vatbaar voor COVID-19. Daar is vermoedelijk maar één reden voor: geld. Het is inmiddels wel duidelijk dat de problematiek rondom ventilatiesystemen niet alleen in verzorgingshuizen speelt, maar ook in kantoorpanden en andere verblijfsruimten. Verblijfsruimten die veel kleiner zijn dan de fabriekshallen en productieruimten waar wij dagelijks mee te maken hebben, maar waar meer mensen verblijven.
Steeds meer worden de inzichten van Maurice de Hond onderschreven. De kans op besmetting in binnenruimten is veel groter dan buiten. De inzichten van De Hond zijn gebaseerd op data-analyses en worden vanaf de eerste publicaties omarmd door de ventilatiebranche. Logisch natuurlijk; voor die branche zit er een commercieel belang achter. Echter, iedereen die zijn gezond boerenverstand gebruikt, kan dit ook zelf beredeneren.
Mensen zijn van nature niet gemaakt om binnen te zitten; vroeger leefden we buiten. Om ons te beschermen tegen weersinvloeden, zochten we onderdak. Eerst in grotten, later in huizen. In de grotten was er nog een grote invloed van de buitenlucht, maar deze invloed is steeds minder geworden. Vandaag de dag wordt de invloed van buitenlucht nóg weer verder teruggedrongen nu we isoleren tot een heilig goed hebben gemaakt.
Deze ontwikkeling is ook de reden dat er ooit luchtbehandelingssystemen op gebouwen bedacht zijn. Wij mensen hebben verse buitenlucht nodig om ons goed te voelen. Buitenlucht is gezond en nodig voor de mens. Het is niet voor niets dat mensen met longaandoeningen veel beter gedijen in de bergen, daar waar de lucht schoner is en rijker aan zuurstof.
We maken onze gebouwen zo goed als mogelijk dicht om energie te besparen. Om ons binnen behaaglijk te voelen, willen we de warmte en koude die we genereren, zoveel mogelijk binnenhouden. Energiezuinig bezig zijn is immers de trend. Maar daarmee verdwijnt het belang van ventilatie (verse luchttoevoer) steeds meer naar de achtergrond.
Door de epidemie waar we nu met zijn allen mee te maken hebben, staat ventilatie en de noodzaak hiervan weer volop in de belangstelling. Hiermee staan we voor een dilemma: noodzaak voor ventilatie versus kosten/baten.
In het artikel in de Volkskrant haalt de schrijver aan:
De betreffende verpleeghuisafdeling beschikt over een dergelijk modern, energiezuinig ventilatiesysteem dat om warmteverlies te voorkomen lucht in één ruimte laat circuleren.
Dit systeem ventileert dus niet. Want, om energie te besparen, haalt het geen verse buitenlucht naar binnen. Buitenlucht is in de winter uiteraard koud, terwijl we het binnen warm proberen te maken. En in de zomer is de buitenlucht juist warm, waar we het binnen koel willen hebben. Ja, dat is tegenstrijdig.
En wat we dus doen is onze keuze baseren op financiële overwegingen. We kiezen voor het systeem dat het goedkoopst is in aanschaf en dat de minste energie verbruikt.
Het is nu wel duidelijk dat we moeten ventileren. Hoe meer we ventileren, hoe gezonder onze lucht in verblijfsruimten is en hoe minder risico we lopen op hoge concentraties virussen in de lucht. En dus ook veel minder risico op besmettingen.
Maar hoe gaan we dan om met het verlies aan energie?
Er is maar één goede oplossing om tijdens het ventileren de opgewerkte energie niet geheel verloren te laten gaan. En dat is door toepassing van warmteterugwinning. Bij voorkeur met twee 100% gescheiden luchtstromen en een zo’n hoog mogelijk rendement. Tegenwoordig is een rendement tussen de 80-90% haalbaar. Dit houdt dus in dat we 10-20% energieverlies hebben en hiervoor kosten moeten maken. Deze kosten wegen echter niet op tegen het belang van 100% schone en verse, zuurstofrijke lucht.
Zet de investerings- en gebruikskosten van ventilatie af tegen de gevolgen van virusbesmettingen nu ,en tegen gezondheidsaandoeningen in algemene zin. Om over de economische gevolgen maar niet te spreken. Ik hoef u de uitkomst niet voor te rekenen.
Daarbij zijn deze ventilatieoplossingen met warmteterugwinning ook nog eens subsidiabel. En het is niet voor niets dat dergelijke oplossingen profiteren van zo’n regeling. Bij het toepassen van warmteterugwinning uit ventilatielucht met een rendement van tenminste 78% komt het systeem in aanmerking voor subsidie.
Het RIVM heeft de richtlijnen rondom ventilatie en COVID-19 inmiddels aangepast.
Ventileren van gebouwen is van essentieel belang. Nu om de risico’s van virusverspreiding en besmettingen tegen te gaan. En in zijn algemeenheid om onze gezondheid in verblijfsruimten te kunnen waarborgen.
Ja, dit kost geld! Maar wat vindt u zelf? Wegen deze kosten op tegen de kosten die we anders maken voor de volksgezondheid?”
Wij bezoeken uw locatie en beoordelen de aanwezige ventilatiesystemen.